30 oktober 2008

22 oktober 2008

Herfst/verjaardag

De herfst heeft dan nu toch echt toegeslagen. 12 graden, regen, bijna wintertijd..
Wat zei Bløf ook alweer over oktober?

Gisteren regende het zo hard dat ik de bus wilde pakken naar mijn werk. Nu is er geen directe verbinding, dus dat was al een uitdaging..
Volgens 9292ov moest ik eerst bus 71 hebben en daarna bus 11 die op de Biltstraat stopt (daar werk ik dus). Enfin, ik stond bij de bushalte en de juiste bus was te laat. In eerste instantie wachtte ik gewoon, maar toen zag ik bij de bushalte aan de overkant een andere bus staan. Bus 10 naar de Uithof via de Biltstraat stond erop.. dus ik sprintte erheen.
De bus reed weg, maar totaal in de verkeerde richting. De buschauffeur wist me te vertellen dat hij nog veel meer om zou rijden, dus stapte ik maar uit. Ik pakte de tram naar het station en daarna de juiste bus, waardoor ik uiteindelijk toch maar vijf minuten te laat aankwam op de plaats van bestemming..
Kortom, ik hoop op een winter met niet al te veel regen of een lift van Bram.

De herfst en oktober zijn overigens niet alleen maar ellende, want ik ben weer bijna jarig! Vorig jaar was dat een hele happening, met een ontzettend leuk feestje in Amsterdam, maar dit jaar heb ik geen inspiratie. Ik ben ook een beetje moe, van mijn nieuwe baan en misschien ook omdat ik de vitamine-D mis.
Kortom, geen feestje komend weekeind. In plaats daarvan doe ik op mijn verjaardag mee aan een cursus nachtfotografie en ga ik zondags gezellig naar mijn ouders.
Misschien geef ik binnenkort nog een feestje, maar dat horen jullie dan natuurlijk nog ☺

Dat betekent natuurlijk niet dat ik jullie niet wil zien, zaterdag overdag in Utrecht en zondag in Westervoort mogen jullie absoluut langskomen. Leuk zelfs! Laat het me dan wel even weten..

Last but not least.. twee weken geleden heb ik een heerlijke herfstwandeling gemaakt met de familie Brouwers. De foto’s hiervan staan natuurlijk op www.paradoxa.nl.
We kunnen in ieder geval bevestigen dat het goed gaat met de paddestoelen, want die waren werkelijk overal.. In tegenstelling tot katjes (zie mijn main coon foto’s) blijven die fijn stilstaan, dus kon ik mooie plaatjes schieten.

PS. Bedankt voor de leuke, fijne en ontroerende reacties op mijn blog over kinderen en daarvoor over verlies. Ik denk overigens ook dat een goede opvoeding ontzettend belangrijk is, al is dat makkelijk gezegd als schipper aan wal..

PPS. Ik had vroeger een grote poster op mijn kamer, van een grote boom en een meisje dat daaronder lag. 'even knuffelen met een woudreus stond erop...' vandaar.

17 oktober 2008

Volwassenen zijn ook niet alles

Ik was acht toen ik naar het journaal keek en zag hoe mensen in Angola honger leden vanwege een burgeroorlog. Daarvan was ik zwaar onder de indruk en ik zou het liefst meteen mijn boterham zijn gaan brengen. Dat dat niet kon wist ik wel en dus ging ik naar de bibliotheek om meer over het Afrikaanse land te leren. Ondertussen worstelde ik met het gevoel dat ik iets moest doen.
Toen ik op het idee kwam om een collecte te houden vertelde mijn moeder dat de burgermeester daar toestemming voor moest geven. Dus maakte ik een afspraak en zat een paar dagen later met hem te praten, om te horen dat ik zestien moest zijn om te mogen collecteren. Verdrietig droop ik af.
Toen bedacht ik dat we op school misschien een project over Angola konden doen en ging na schooltijd terug om met mijn lerares te praten. Haar antwoord was kort: ‘We hebben al zoveel projecten en jij moet je helemaal niet met zulke dingen bezighouden. Daar ben je te klein voor en dan neem je veel te veel op je schoudertjes.’
Terwijl ik het schoolplein afliep stroomde er tranen van boosheid en frustratie over mijn wangen. Hoe kon dit stomme grote mens dat nou zeggen! Ik werd niet begrepen.

Mijn buurjongetje was een ongelofelijk klootzakje. Hij treiterde de buurtkinderen en was gewoon erg gemeen. Toen hij weer te ver was gegaan probeerde ik een nieuwe tactiek. ‘Ik ga het tegen je moeder zeggen hoor!’ hij leek niet onder de indruk, dus voegde ik de daad bij het woord. Ik vertelde haar wat hij had gedaan, maar kreeg de volgende reactie: ‘Goh, nou dan zul jij vast ook wel wat gedaan hebben’. Wat kunnen volwassenen toch stom zijn.

Met mijn ouders mocht ik in een tv-programma verschijnen over rouwverwerking, volgens mij was ik toen elf. De kinderen werden aan het tekenen en schilderen gezet om uit te beelden wat ze voelden, want dat konden we vast niet goed verwoorden. Ik heb nooit goed kunnen tekenen, dus schilderde ik verschillende banen verf die van donker steeds lichter werden. Hierbij had ik een fantastisch verhaal in mijn hoofd over de pijn die van ontzettend sterk milder werd met de jaren. Ik wachtte op mijn kans om dit te vertellen toen de presentator mijn creatie aan de camera toonde, maar hij liet me niet uitspreken. ‘Oh dus het verdriet gaat weg’ zei hij, of iets in die strekking, maar zo was het niet! Ik voelde me boos en machteloos, want ik kreeg niet de kans om het uit te leggen en was daarna niet interessant meer. Ik neem het de presentator nóg kwalijk.

Zomaar een paar voorbeeldjes zoals ik ze uit mijn eigen kindertijd herinner. Je wordt nooit serieus genomen, als er beslissingen genomen moet worden dan doet jou mening er niet toe, je bent in alles afhankelijk van volwassenen. De dingen die jij voelt worden ook minder serieus genomen, jou verdriet zal wel weer overgaan, echte liefdesverdriet kunnen kinderen in de ogen van veel volwassenen niet hebben.
Kortom, je moet veel en mag erg weinig. En dan heb ik het nog niet over stilzitten en je mond houden als grote mensen over saaie dingen praten, terwijl je wilt rennen en spelen.

Daar staat tegenover dat jij zonder het weten uniek bent. Je bent flexibel, leert nog elke dag en staat daar echt open voor. Je kunt mensen zomaar vertrouwen en zomaar van ze houden. Hebt een onuitputtelijke nieuwsgierigheid naar de wereld om je heen en kunt genieten van dingen die de grote mensen niet eens meer zien.
Met je fantasie kun je werelden maken en hele soaps spelen met je barbies of ridders. Je maakt nog écht dingen voor het eerst mee. Je verzint oplossingen voor problemen die grote mensen nooit verzonnen hadden en voor dingen die ze allang geaccepteerd hebben. Je bent niet onschuldig, maar nog wel kneedbaar.
De mensen om je heen kunnen je leren hoe het leven eruit ziet en hoe je daar mee om kunt gaan.

Met deze dingen in mijn hoofd kan ik persoonlijk bijna nergens meer van genieten dan het samenzijn met een kind. Natuurlijk zijn er ook ettertjes en gedragen ze zich niet altijd, gelukkig maar! Heb jij niet af en toe de neiging om lekker te klieren? Volwassenen zijn soms zo ingeslapen.. godzijdank zijn er de kinderen om ons eraan te helpen herinneren wie we ooit waren.

Volwassen (Kinderen voor Kinderen)

Soms loop je vreselijk te balen
Want iedereen zeurt aan je kop
Opstaan! naar school! aan tafel! naar bed!
Wanneer ruim je je troep nou 's op?
Ze doen net alsof je n'een klein kind bent
Dus logisch, dat jij je dan zo gedraagt
Je trekt de kop van de pop van je zusje
En hoort niets als je moeder wat vraagt

En door het hele huis hoor je haar krassen:
Wanneer word je nou eindelijk een klein beetje volwassen
Volwassen volwassen

Is dat niet de lucht verpesten
Met die stankfabrieken
Is dat niet met vaten vol
De oceaan verzieken
Is dat niet je zin niet krijgen
En daarom gaan vechten
Is dat niet met bommen spelen
Maar dan wel met echte?

Als dat volwassen is dan worden wij dat nooit
ls dat volwassen is dan worden wij het pas
Met sint juttemis!

Soms heb je zin om te klieren
Gewoon - omdat je dat wil
Even de stemming verstieren
't Is hie ook altijd zo stil
Dus brandt nu het licht op je kamer
Staat de deur naar de gang wagenwijd
Laat je 'n scheet in de buurt van je vader
En zegt boerend dat het je spijt

En door het hele huis hoor je hem bassen:
Wanneer word jij nou eindelijk een klein beetje volwassen
Volwassen volwassen

Is dat niet er niks van snappen
Maar alles beter weten
Is dat niet zo serieus
En nooit meer kunnen keten
Is dat niet met wetten
En met formulieren knoeien
Is dat niet dat haren
Uit je neus gaan groeien

Als dat volwassen is dan worden wij dat nooit
Als dat volwassen is dan worden wij het pas
Met sint juttemis!

En door het hele huis hoor je hem bassen:
Wanneer word jij nou eindelijk een klein beetje volwassen
Volwassen volwassen
Volwassen volwassen

Is dat niet beleefd zijn
Tegen wie je niet ziet zitten
Op je vrije dag
Op de bank gaan liggen pitten
Is dat niet de bossen slopen
Met je uitlaatgassen
Warme dieren fokken
Voor te dikke winterjassen

Als dat volwassen is dan worden wij dat nooit
Als dat volwassen is blijven we vres'lijk kinderachtig
Tot achter in de tachtig
Als dat volwassen is dan worden wij het pas
Met sint juttemis!

10 oktober 2008

Verdriet

And I’d give up forever to touch you, cause I know that you feel me somehow. You’re the closest to heaven, that I’ll ever been, and I don’t want to go home right now.

Dit is de tekst van een van mijn lievelingsnummers, Iris van de GooGoodolls. Gebaseerd op de film waarin een engel verliefd wordt op een mens en voor haar zijn eeuwigheid opgeeft. Elke keer als ik het hoor dan raakt het me, maar laatst op een bijzondere manier in de auto. De tranen brandde achter mijn ogen en ik voelde een intens verdriet over het zusje dat ik niet meer kan kennen. Tegelijkertijd had ik ook het gevoel dat zij kan zien hoe het met ons gaat, hier beneden.
Dat is een fijne gedachte, maar dat ik nog steeds om haar kan huilen na 21 jaar zal het niet veranderen.

Het komt in vlagen, de behoefte om met haar bezig te zijn en meer te ontdekken over haar leven en de manier waarop ze stierf. Ook denk ik dan na over hoe ze eruit zou zien als ze nog zou leven, over het feit dat wij allemaal op hebben kunnen groeien en zij niet. Ze werd twee jaar oud, als een boek dat nooit echt geschreven is.

Ik ben in mijn leven voor mijn gevoel een aantal keer dicht bij de hemel geweest. De eerste keer toen ik zag hoe mijn (jongste) zusje ter wereld kwam en de tweede keer toen ik als twaalfjarige bij de baar stond van een lieve oude dame uit de kerk.
Geboorte en sterven lijken immens ver van elkaar verwijdert, maar ze zijn ook onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het is een overgang, van wat wij niet kennen naar deze wereld of andersom.

Toen Eva overleed was ik te klein om haar begrafenis bewust mee te maken, maar dit is geen fantoompijn. Dat weet ik zeker. Een kind kan te jong zijn om verdriet en gemis te benoemen en zich er bewust van te zijn, maar het was er.
Door de jaren heen heb ik als kind meisjes tot mijn ‘zusje’ gebombardeerd, op zoek naar het gevoel van iemand die zo dicht bij me staat, maar ik heb haar nooit gevonden. Het zusje dat ik mis is er niet meer en heeft een lege plek achtergelaten die niemand kan vullen.

Ik ben ontzettend blij met het broertje en zusje dat ik wel heb en met wie zij zijn. Met mijn familie, mijn vrienden en mijn lief. Alle reden dus om gelukkig te zijn en dat ben ik ook. Dankbaar ook bovendien.

Dat neemt niet weg dat ik bij een mooie film over de eeuwigheid of een mooi nummer verdrietig kan worden om het zusje dat ik nooit echt heb kunnen leren kennen. Een nieuwe vriendin die ook iemand verloren heeft zei tegen mij: ‘Ik vind gewoon dat ze het verdient dat er af en toe iemand om haar rouwt.’ En daar kan ik het alleen maar mee eens zijn.